Histoarje

Het is in het najaar van 1980 als een aantal mensen bijeen zijn in café-restaurant Overwijk te 

Tijnje. Onder het genot van een drankje laat één van hen weten het wel een goed idee te vinden 

om een carnavalsvereniging op te richten. Als de anderen hem wat verbaasd aankijken, begint 

hij uit te leggen dat een carnavalsvereniging voor veel meer staat dan hossen, feesten en drinken. 

Het carnaval – zo legt hij uit – betekent ook staan voor sociale samenhang, gemeenschapszin en 

aandacht voor de maatschappij. Zo’n vereniging probeert de leefbaarheid van de omgeving te 

verbeteren en neemt verschillende initiatieven om dit te bereiken. De twee grote feesten: het 

Prinsenbal en het Groot Carnaval, zijn weliswaar de meest opvallende activiteiten, maar 

– minder in zicht – moet men ook denken aan festiviteiten voor kinderen, ouderen en 

gehandicapten.

Maar toch…… een carnavalsvereniging in het noorden? En dan ook nog in zo’n ‘rood’ dorp als 

Tijnje? Kan het gekker? De initiatiefnemer vindt dat het zeker gekker kan, want wie heeft er ooit een 

koe zien vliegen? Dat kan niet worden ontkent en de andere aanwezigen zijn dan ook snel overtuigd; zeker als zij horen dat er – buiten alle sociale doelstellingen – ook gefeest en gedronken mag worden.

Deze mensen ‘van het eerste uur’ waren Kor de Jong, Janne de Jong, Jan Overwijk, Anne Ram (destijds eigenaar/uitbater van café-restaurant ‘Overwijk’) en Jan Mulder. Diezelfde avond wordt de intentie uitgesproken om inderdaad een carnavalsvereniging op te richten, hiervoor statuten op te stellen en mensen te benaderen om te kunnen komen tot het benoemen van een Prins en het formeren van een allereerste Raad van Elf. In de maanden daarna wordt invulling gegeven aan deze afspraken en op 30 maart 1981 gebeurt dan ook wat weinigen voor mogelijk hadden gehouden: een carnavalsvereniging wordt in Tijnje opgericht en zal gaan luisteren naar de naam: ‘de Turftrapers’.

De keuze voor deze naam is geen toevallige. De omgeving heeft immers lange tijd helemaal in het teken gestaan van de turfstekerij. Deze turfstekers moesten ook wonen, dus ontstond er een verzameling huisjes binnen het veengebied waar de turf werd gewonnen. Armoe was troef en mensen hadden elkaar hard nodig. Langzaam maar zeker is uit deze verzameling huisjes het dorp Tijnje ontstaan; een dorp waar de historisch gegroeide gemeenschapszin nog onveranderd aanwezig is. Zoals het carnaval dat bijna voorschrijft, luistert een stad of dorp in de carnavalsperiode naar een zogenaamde ‘zottennaam’. Met respect voor die traditie, maar zeker ook met diep respect voor de oude turfstekers, werd gekozen voor de naam ‘Pipegaelsgea’. ‘Pipegael’ is namelijk de naam van een kruiwagen voor het verplaatsen van turf.

De oprichting was een feit, statuten opgesteld, de naam was gekozen en inmiddels waren ook de namen van de eerste Prins en zijn gevolg bekend. Zo werd de eerder genoemde Kor de Jong benoemd tot eerste Prins van ‘de Turftrapers’. Het gaat te ver om alle anderen hier te noemen, maar voor twee maken wij graag een uitzondering. Dit zijn Appy (Sape) Lageveen en Jan Overwijk. Beide inmiddels oud-prinsen, maar tot op de dag van vandaag op verschillende manieren verbonden aan de vereniging. Appy, omdat hij nog steeds (dus vanaf de oprichting in 1981 !) onderdeel uitmaakt van de Raad van Elf en Jan omdat hij als Secretaris-Generaal onlosmakelijk aan de vereniging is verbonden.

De naam van ‘de Turftrapers’ is inmiddels een begrip in het dorp en de (inmiddels zéér wijde) omgeving. In Tijnje is de carnavalsvereniging dan ook uitgegroeid tot de grootste vereniging van het dorp. En laten we eerlijk zijn; dit is op zijn minst een driewerf Alaaf waard.
 

Logo

©Auteursrecht. Alle rechten voorbehouden.

We hebben je toestemming nodig om de vertalingen te laden

Om de inhoud van de website te vertalen gebruiken we een externe dienstverlener, die mogelijk gegevens over je activiteiten verzamelt. Lees het privacybeleid van de dienst en accepteer dit, om de vertalingen te bekijken.